De ene ouder heeft te horen gekregen dat hun kind nog maar beperkte uren naar de basisschool mag. Een andere ouder vertelt over de stress in het gezin nu hun kind al langere tijd thuis zit. Weer een andere ouder vertelt hoe een kind al anderhalf jaar niet naar school durft, en er steeds wachtlijsten zijn voor de hulpverlening.
Ieder van deze gezinnen bevindt zich in een situatie van grote nood. De ontwikkeling van hun kind staat stil of gaat gaat achteruit, de emotionele druk is hoog, ook bij broertjes en zusjes, het werk kan vaak niet doorgaan en er is geen uitzicht op een snelle oplossing.
Een aantal jaar geleden werd iedere leerling die thuis kwam te zitten nog gezien als een maatschappelijke noodsituatie. Leerplicht, maatwerk, begeleiding, spoedoverleg, extra ondersteuning: er werden vaak snel dingen in gang gezet om te voorkomen dat de schade voor de leerling en het gezin opliep.
Maar nu lijken we er gewend aan te raken. ‘Ja, weer een thuiszitter’, klinkt ook bij ons adviespunt steeds gelatener. In toenemende mate zien we situaties waarbij er niks in beweging lijkt te komen. Geen hulp, geen onderwijs, geen plek. We blijven ouders bijstaan, luisteren en helpen zoeken naar smalle paadjes uit de onmacht. De ene keer lukt dat beter dan de andere keer.
Maar er is wél sprake van een noodsituatie. Voor het gezin, maar ook in het systeem van onderwijs en zorg. We zien dat er mooie plannen liggen, sterke beleidsvisies, klassen en groepen die op verschillende plekken uit de grond gestampt worden. Maar wie pakt écht de handschoen op als de telefoon nu weer gaat en een ouder zegt: ‘Mijn kind heeft geen school, en ik weet niet wat ik moet doen?’
Samen met Cliëntenbelang Amsterdam en het Jeugdplatform Amsterdam trekken we nu zelf aan de bel. We doen een oproep thuiszitters aan Amsterdamse scholen, de samenwerkingsverbanden en de gemeente: Stop het thuiszitten.