Onderwijskwaliteit

Geplaatst door Kaja Sariwating op 12 december 2023
Wanneer kinderen naar school gaan, verwachten ouders dat ze goed onderwijs krijgen en genoeg leren om later goed te kunnen functioneren in de maatschappij. Ouders gaan ervan uit dat de school hen kwalitatief goed onderwijs biedt. Maar wat gebeurt er als de kwaliteit van het onderwijs niet voldoet? En wie is daar dan verantwoordelijk voor?

Wet- en regelgeving stellen normen en regelen toezicht

In de Grondwet staat dat de overheid verantwoordelijk is voor het onderwijs (art. 23 lid 1 Gw). Dit betekent dat de overheid scholen subsidieert als ze aan bepaalde voorwaarden voldoen en zorgt voor genoeg goede schoolgebouwen. Er zijn regels voor de financiering van scholen, die staan in de Wet op het Primair Onderwijs (WPO), de Wet op het Voortgezet Onderwijs (WVO) en het Formatiebesluit. De Onderwijsinspectie controleert of scholen zich aan deze regels houden, zoals het op tijd verstrekken van de schoolgids, het opstellen van een zorgplan en het uitvoeren van het beleid dat in het schoolplan staat. De overheid houdt ook toezicht op het onderwijs, zoals vastgelegd in de Grondwet (art 23 lid 2 Gw).

Jurisprudentie

Een belangrijke uitspraak over onderwijskwaliteit is het Schaapman-vonnis. Een moeder uit Amsterdam, Karina Schaapman, vond dat er iets moest gebeuren omdat haar kind een leerachterstand had opgelopen en niemand verantwoordelijkheid nam. Ze spande een zaak aan tegen het schoolbestuur, en de rechtbank oordeelde dat het schoolbestuur zich moet inspannen voor voldoende onderwijs, maar niet verplicht is om specifieke resultaten te behalen. Sinds deze uitspraak in 1999 zijn de normen geleidelijk aangescherpt, maar alleen bij ernstige problemen grijpt de inspectie in of kunnen ouders naar de rechter stappen.

Controle schoolbesturen

Om meer controle te hebben over slecht presterende scholen zijn in het verleden regels gemaakt over een zorgplicht voor onderwijskwaliteit en betere interne controle bij schoolbesturen. Deze wetswijzigingen stellen eisen aan schoolbesturen voor onderwijskwaliteit en intern toezicht om bekostiging te ontvangen. Als scholen niet aan deze eisen voldoen, kan de minister de financiering stopzetten of zelfs de school sluiten. De minister kan ook schoolbestuurders aanspreken op hun gedrag bij slecht bestuur.

Verantwoordelijkheid schoolbestuur

Het schoolbestuur is altijd verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs. Als de kwaliteit onvoldoende is, dan kan de Onderwijsinspectie het toezicht verscherpen of maatregelen opleggen. De inspectie controleert de algemene kwaliteit van het onderwijs, maar individuele gevallen waarin leerlingen lijden onder slecht onderwijs moeten ouders zelf aanpakken, bijvoorbeeld via de rechter of de klachtencommissie.

Informatie: ‘Schoolstrijd’, K. Schaapman, 2000, ISBN 90-6665-353-1
Vindplaats: artikel 23 lid 1 en 2 Gw (Grondwet), artikel 10 WPO, art. 2.87 WVO 2020

One Trackback

  • […] tegen kritiek en niet of nauwelijks aangesproken op falen. De onderwijsinspectie gaat immers niet in op ‘individuele gevallen’.[7] Katinka Slump, de advocate die in Nederland opkomt voor de rechten van ouders ten aanzien van […]

Meer artikelen over Functies en bestuur