Scholen dragen zorg voor de schoolloopbaan van hun leerlingen en de veiligheid van leerlingen. Daarmee wordt tevens het sociale aspect van een school bedoeld. Kinderen zijn in de eerste plaats op school om te leren. Daarnaast vervult de school een belangrijke sociale functie voor kinderen onderling.
Een school is veilig als de sociale, psychische en fysieke veiligheid van leerlingen niet door handelingen van anderen wordt aangetast. Dat betekent dat er een veilig en positief schoolklimaat is op school. Enerzijds treedt de school op tegen pesten, uitschelden, discriminatie, geweld en andere vormen van ongepast gedrag. Anderzijds voorkomt de school zoveel mogelijke onveilige situaties.
Om te beginnen is veiligheid een subjectief begrip. Niet alleen zijn alle leerlingen verschillend. Maar ook ouders en verzorgers zijn verschillend. Gedrag van een leerling kan op verschillende manieren opgevat worden. Het is belangrijk dat scholen dit dan ook zelf bepalen, want de termen veiligheid of pesten zijn niet in wetgeving terug te vinden.
Scholen moeten voldoen aan regels, waaronder de zorgplicht gericht op sociale veiligheid op school. Op elke school is daarom aandacht voor de veiligheid van leerlingen op school. Ouders mogen daardoor verwachten dat de school er alles aan doet om negatieve prikkels te vermijden of zo spoedig mogelijk problemen verhelpt.
Het schoolbestuur van de school is wettelijk verplicht om ervoor te zorgen dat een aantal acties wordt gepleegd gericht op veiligheid:
De bepalingen hierover zijn gelijk in het basisonderwijs (art. 4c lid 1 WPO) en het speciaal onderwijs (art. 5a lid 1 WEC) en het voortgezet onderwijs (art. 3.40 lid 1 WVO 2020).
In het schoolplan is verplicht aandacht voor de veiligheid van leerlingen.
De bepalingen hierover zijn gelijk in het basisonderwijs (art. 12 lid 2 onder d WPO) en het speciaal onderwijs (art. 21 lid 2 onder d WEC) en het voortgezet onderwijs (art. 2.89 lid 1 onder d WVO 2020).
Daarnaast mogen scholen zelf keuzes maken op welke manier de veiligheid voor leerlingen wordt geborgd. Voorbeelden van activiteiten of acties om samen met leerlingen te werken aan veiligheid op school zijn:
Scholen moeten de beleving van veiligheid en het welzijn van hun leerlingen volgen. De bedoeling hiervan is dat er altijd een actueel en representatief beeld is van de situatie op school. Daardoor kan het zijn dat niet alle leerlingen of zelfs alle klassen worden gemeten. Scholen mogen zelf beslissen met welke instrumenten zij de veiligheidsbeleving monitoren. Het instrument moet wel voldoen aan de wettelijke eisen.
Bekende instrumenten zijn:
Het veiligheidsbeleid beschrijft meestal hoe de school de veiligheid van leerlingen op school in kaart brengt. Hierin staat ook hoe de school zich wil verbeteren. Deze meting lost veiligheidsproblemen niet op. De resultaten van de veiligheidsbeleving kunnen wél helpen om het beleid aan te scherpen. Tijdens de open dag vertelt de school welke score de school heeft gehaald. Dit scholen scoren vaak hoog. Soms vind je het cijfer ook op de website van de school.
Een onderdeel van de zorgplicht sociale veiligheid is dat leerlingen zich een beetje veiliger voelen op school. De Onderwijsinspectie neemt dit mee in het inspectiebezoek.