Wat is Cito?

Geplaatst door Lidewij Koren op 10 november 2025
Cito ontwikkelt toetsen om de kennis, vaardigheden en competenties van leerlingen objectief te meten. In Amsterdam nemen de meeste basisscholen vanaf groep 3 tot en met groep 8 Cito-toetsen af. Daarbij maken zij gebruik van het leerlingvolgsysteem van Cito. Veel ouders bekijken de Citoscores van een school als ze een basisschoolkeuze moeten maken. In januari van groep 8 krijgen leerlingen een voorlopig schooladvies. In februari maken ze de doorstroomtoets. Is de uitslag hiervan hoger dan het schooladvies? Dan stelt de school het advies meestal bij. Daarna volgt het definitieve schooladvies.

Cito-toetsen

In Amsterdam nemen de meeste basisscholen vanaf groep 3 tot en met groep 8 Cito-toetsen af. Leerlingen maken ieder schooljaar twee keer een toets: in het midden van het schooljaar (januari/februari) en aan het eind (mei/juni).

Cito toetst de leergebieden rekenen, begrijpend lezen, spelling en technisch lezen. Scores worden uitgedrukt in de Romeinse cijfers I, II, III, IV en V of in de letters A, B, C, D en E. De leerlingen die de hoogste score hebben gehaald krijgen een I of een A. De leerlingen die het laagst scoren krijgen een V of een E.

Meer informatie over de Cito-scores staat in: ‘Wat betekenen de verschillende toetsbegrippen in Cito?’

Cito-leerlingvolgsysteem

Veel scholen maken gebruik van het leerlingvolgsysteem (LVS) van Cito. Dit systeem geeft de school en de ouders een beeld van de kennis en vaardigheden van een leerling door de jaren heen.

Leerkrachten vullen de ruwe scores van een toets in het LVS in en het systeem zet deze scores vervolgens om in tabellen en grafieken. Deze tabellen en grafieken maken zichtbaar of een leerling vooruitgang boekt of niet.

De toetsresultaten van Cito geven de school op drie niveaus inzicht:

  • Leerlingniveau
    Het leerlingrapport laat zien wat de kennis en vaardigheden van een individuele leerling zijn ten opzichte van het landelijk gemiddelde en hoe de leerling zich in de loop van de jaren ontwikkelt. De scores van verschillende leergebieden kunnen met elkaar worden vergeleken. Zo kan het zijn dat een leerling een I scoort voor rekenen (ver boven het landelijk gemiddelde) maar bijvoorbeeld een IV voor begrijpend lezen (onder het landelijk gemiddelde).
  • Groepsniveau
    Groepsrapporten laten zien hoe een klas er als geheel voor staat. In de rapporten staan de gegevens van alle leerlingen uit een groep overzichtelijk bij elkaar. Van de scores samen kan een gemiddelde worden berekend. Waar heeft de klas moeite mee? Welke stof moet nog een keer worden behandeld?
  • Schoolniveau
    Een schoolrapport geeft een beeld van de school als geheel. In het rapport zijn de gegevens van alle groepen terug te vinden. De groepen kunnen met elkaar vergeleken worden. Welke groep staat er het minst goed voor? Welke maatregelen kan de school nemen?

Doorstroomtoets

In de eerste helft van februari maken leerlingen in groep 8 de doorstroomtoets, vlak nadat zij het voorlopige schooladvies van de school hebben gekregen. Daarmee vervangt de doorstroomtoets de vroegere eindtoets, die altijd in mei werd afgenomen.

Op basis van het voorlopige schooladvies en de toetsuitslag van de doorstroomtoets geeft de school uiterlijk 24 maart het definitieve schooladvies. Hiermee melden leerlingen zich in de laatste week van maart aan voor het voortgezet onderwijs. In Amsterdam gaat dit via de Centrale Loting en Matching.

De doorstroomtoets geeft een tweede, onafhankelijk advies naast het schooladvies. Bij de meeste leerlingen komen het schooladvies en het toetsadvies overeen. Maar als het toetsadvies hoger is dan het schooladvies, dan moet de school het advies naar boven bijstellen. Als de school het advies niet omhoog bijstelt, moet het motiveren waarom (art. 45d WPO).

De meeste scholen kiezen voor de doorstroomtoets van Cito. Maar er zijn ook scholen die voor een andere toets kiezen, zoals IEP of Route 8.

Citoscore graadmeter voor kwaliteit school?

Veel ouders zien de gemiddelde Citoscore van een basisschool als graadmeter voor de kwaliteit van het onderwijs op die school en betrekken dit bij hun schoolkeuze.

Scholen reageren hier op. Zij zoeken bijvoorbeeld naar manieren om de gemiddelde score omhoog te krijgen. Maar er zijn ook scholen die aangeven dat de kwaliteit van het onderwijs niet op deze manier te meten is en dat scholen niet op deze manier vergeleken kunnen worden. De scores zeggen namelijk niet hoeveel de school heeft bijgedragen aan de brede ontwikkeling van een leerling. Ook verschilt het per school hoe ontwikkeld leerlingen binnenkomen.