Meestal verloopt een schooldag zoals het hoort. Het kan echter gebeuren dat er op school iets voorvalt waardoor uw kind gewond raakt of schade oploopt. In dat geval is het van belang om te weten wie er verantwoordelijk is voor uw kind en wie u aansprakelijk kan stellen als er schade is.
Voorbeelden van gebeurtenissen waarvoor u de school aansprakelijk zou kunnen stellen zijn:
Voor de aansprakelijkheid binnen het onderwijs zijn dezelfde regels van toepassing zoals die geleden in de dagelijkse omgang. Er zijn situaties mogelijk waarin de school aansprakelijk gesteld kan worden. De school is aansprakelijk voor de geleden schade indien er sprake is van een onrechtmatige daad (art. 6:162 BW). Een onrechtmatige daad houdt in dat iemand iets (niet) heeft gedaan waardoor schade bij u is ontstaan. U kunt die persoon dan aansprakelijk stellen.
De school is verantwoordelijk voor de gedragingen van haar medewerkers. Dit geldt echter alleen wanneer de medewerker in zijn functie onrechtmatig heeft gehandeld (art. 6:170 lid 1 BW). Met onrechtmatig wordt bedoeld dat iemand inbreuk maakt op iemands recht, iets doet dat tegen de wet is, of juist iets nalaat dat in strijd is met de wet (art. 6:170 lid 1 BW). Naast de wettelijke regeling is het ook goed mogelijk dat de school eigen regels heeft met betrekking tot de aansprakelijkheid. Deze regels vindt u in de schoolgids.
Indien uw kind schade heeft geleden, dan kunt u de school aansprakelijk stellen. U kunt door middel van een aangetekende brief schriftelijk aansprakelijk stellen. In de brief vermeldt u in ieder geval uw persoonlijke gegevens en die van uw kind, wat de omvang van de schade is en hoe deze schade is ontstaan. Als u een verzekering heeft voor dit soort gevallen, dan kunt u dit wellicht ook laten afhandelen door uw verzekeringsmaatschappij of rechtsbijstandverzekeraar.
De school is niet aansprakelijk voor de gedragingen van haar leerlingen. De aansprakelijkheid in dergelijke gevallen is op de volgende manier geregeld:
Informatie: schoolgids
Beslissing: rechter
Bezwaar: hoger beroep
Vindplaats: boek 6 Burgerlijk Wetboek