Alle praktijkscholen in Amsterdam bieden in de basis hetzelfde programma aan: een individueel programma in kleine klassen met veel aandacht voor praktijkvakken. Ook leiden alle praktijkscholen in vijf jaar op tot het nieuwe landelijk erkende diploma voor praktijkonderwijs. Toch zijn er ook verschillen tussen de praktijkscholen. In dit artikel zetten we de kenmerken van de verschillende praktijkscholen op een rij. Je kunt verder langsgaan op een open dag, of een afspraak maken met de school om persoonlijk langs te komen.
Een belangrijk verschil tussen de praktijkscholen in Amsterdam is of de school alleen praktijkonderwijs biedt, of ook vmbo. De scholen die alleen praktijkonderwijs bieden, categorale praktijkscholen, zijn kleine scholen. Alle leerlingen volgen praktijkonderwijs en iedereen kent elkaar. Iedere dag wordt gestart met de mentor, voordat er verder gewerkt gaat worden aan de theorie en praktijkvakken. De scholen zijn gespecialiseerd in het lesgeven in het praktijkonderwijs
De praktijkscholen die ook vmbo aanbieden, Yuverta en het Mundus College, zijn groter. Het rooster is minder specifiek ontwikkeld voor praktijkonderwijs, en de dag start dan ook gelijk met theorie- en praktijkles. Beide scholen bieden een kansklas aan. Leerlingen met een advies voor praktijkonderwijs waarbij blijkt dat ze mogelijk toch hun mbo entree diploma kunnen halen, kunnen hier in 5 jaar toewerken naar dat diploma.
Het motto van Praktijkcollege De Atlant is ‘Leren door doen’ en de school heeft ongeveer 150 leerlingen. In iedere klas zitten maximaal 15 leerlingen. Ongeveer 40% van de tijd wordt theorieles gegeven, de rest van de tijd wordt er gewerkt aan vaardigheden in de praktijk.
De Atlant, zo stelt Ronald van Staverden, onderbouwcoördinator, “is een school die leerlingen rust biedt. We zijn streng, duidelijk, en er is veel toezicht.” Zo is er al iemand van de school aanwezig bij de tramhalte. De dag start de leerling met de mentor, en ook na de lunchpauze komen de leerlingen eerst bij elkaar met de mentor. Als het gedrag van een leerling echt niet door de beugel kan, volgt er een time-out.
Bij de start van de opleiding krijgen alle leerlingen een test die specifiek gemaakt is voor het praktijkonderwijs zodat de school het onderwijs goed kan laten aansluiten bij het niveau van de leerling.
Van Staverden: “We vinden het belangrijk dat leerlingen succeservaringen op kunnen doen, wat vaak op de basisschool niet gelukt is. We willen dat leerlingen zich thuis voelen.”
De Luca Praktijkschool is een kleine school met 170 leerlingen. Omdat veel leerlingen op de praktijkschool een achterstand hebben op het terrein van taal, investeert de Luca Praktijkschool veel in een individuele aanpak. Directeur Rob van Bever: “We vinden het erg belangrijk dat je plezier hebt op school, en daarom kijken we naar wat een leerling wél goed kan en dat vergroten we uit.”
De Luca Praktijkschool werkt met een eigen systeem voor Nederlands en rekenen, waarbij iedereen op zijn eigen niveau deze vakken leert. Leerlingen geven zelf aan wanneer ze toe zijn aan een toets. Ook is er een intensieve lesmethode voor rekenen beschikbaar, rekensprint.
Veel ouders en leerlingen weten niet zo goed wat het praktijkonderwijs inhoudt, dus zijn zij van harte uitgenodigd om te komen kijken. Van Bever: “We helpen leerlingen hier om te leren leren. De sfeer is uitstekend. Soms denken ouders dat het er wild aan toe gaat, maar als ze zijn komen kijken zijn ze vaak verbaasd over hoe rustig het is.”
‘Samen werken aan jouw toekomst’ is het motto van de Praktijkcollege Noord. Op de school zitten 180 leerlingen, in een nieuw gebouw van 10 jaar oud. Er is veel aandacht voor het toewerken naar de competenties die nodig zijn voor een baan of een vervolgopleiding. “Voor leerlingen die het beste leren door te doen, is praktijkonderwijs de perfecte plek”, zo stelt de directeur Sjaak de Ridder.
Alle theorievakken worden gegeven door de mentor, zodat de leerlingen daarbij in rust aan hun eigen programma kunnen werken. Er zijn veel verschillende praktijkvakken. Sjaak de Ridder: “Wij zijn continu op zoek naar nieuwe mogelijkheden voor de leerlingen. Dingen die voor hen interessant zijn, waarmee ze vaardigheden op kunnen doen die ze echt in de praktijk kunnen toepassen.” Door middel van een individueel ontwikkelingsplan wordt er eerst gewerkt aan algemene basisvaardigheden, en wordt dit ieder jaar specifieker en gericht op een bepaalde richting qua werk of vervolgopleiding.
Op Praktijkcollege Het Plein zitten 200 leerlingen. Een klas geeft gemiddeld 12 leerlingen. Op Praktijkcollege Het Plein wordt als eerste gewerkt aan de algemene beroepsvaardigheden. Door te werken aan sociale vaardigheid, zelfredzaamheid en de werkhouding wordt de leerling voorbereid op stage en werk. Voor alle nieuwe leerlingen die worden toegelaten, organiseert de school aan het einde van het schooljaar op de basisschool een kennismakingsdag.
Op Praktijkcollege de Dreef zitten 150 leerlingen. In vergelijk met de meeste andere praktijkscholen halen veel leerlingen hier hun mbo entreediploma. Daarmee kunnen ze direct doorstromen naar niveau 2 op het mbo. Leerlingen kiezen aan het eind van het tweede jaar hun praktijkvak waarin ze verder gaan. Hierdoor zijn ze extra gemotiveerd om zich hier ook voor in te zetten. Er is op school veel aandacht voor Culturele en Kunstzinnige vorming (CKV).
Het Mundus College is een school met een zeer diverse groep leerlingen. De leerlingen hebben wel 60 verschillende nationaliteiten en kunnen praktijkonderwijs, vmbo-b en vmbo-k volgen. Ook heeft het Mundus College een Internationale Schakelklas. Monique Sanders, teamleider praktijkonderwijs: “Als school zijn we een mini-samenleving, met veel verschillende leerlingen en mooie uitdagingen. We geven leerlingen de ruimte om hun plek hierin te ontdekken.”
In vergelijking met de aparte praktijkscholen is het Mundus College een grote school, met bijna 1000 leerlingen. Omdat het een grotere school is, kan het Mundus ook veel verschillende activiteiten organiseren voor de leerlingen. Bij het programma ‘Mundus & More’, kunnen leerlingen iedere middag kiezen uit bijvoorbeeld streetdance, koken & bakken, houtbewerking, zwemmen, etc. Op het Mundus zijn er vier keer per jaar ‘driehoeksgesprekken’ waarbij leerlingen aan hun ouders en de mentor presenteren wat ze hebben geleerd.
Voor leerlingen met een advies voor praktijkonderwijs die mogelijk toch een vmbo diploma zouden kunnen halen, is er op het Mundus een Kansklas. De leerling werkt gericht aan het wegwerken van achterstanden, en stroomt zo door naar de bovenbouw van het vmbo.
Voorheen het Wellantcollege Linnaeus genoemd, biedt Yuverta Amsterdam-Oost praktijkonderwijs, vmbo-b en vmbo-k aan. Er gaan ongeveer 300 leerlingen naar Yuverta Amsterdam-Oost, waarvan twee derde praktijkonderwijs volgt. Tussen praktijkonderwijs en het vmbo in, biedt de school ook een kansklas. Als er twijfel is of er toch een vmbo diploma gehaald kan worden, kan een leerling daar in vijf jaar in de kansklas naar toe werken.
Het motto van de school is ‘Jij doet er toe’, en ze vinden het belangrijk dat leerlingen dit ook echt zo ervaren. “We kijken erg naar wat een leerling nodig heeft,” zegt schoolleider Susanne Tuenter. “Het gaat ons om de vraag: welke manier van leren past het best bij jou?”
Yuverta Amsterdam-Oost biedt ook de richting ‘Groen’ aan, waar leerlingen vaardigheden kunnen opdoen voor werken in bijvoorbeeld de groenvoorziening of bloemenhandel. Op de huidige school is veel gezelligheid in het oude gebouw, zegt Susanne Tuenter. “Er wordt echter gebouwd aan een heel nieuw gebouw, waar weer nieuwe kansen liggen”. Ook runnen leerlingen een eigen winkel in de school.