In het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en speciaal onderwijs vragen scholen de ouders van hun leerlingen een vrijwillige financiële bijdrage voor extra voorzieningen en activiteiten. Dit is toegestaan. Deze bijdrage heet de vrijwillige ouderbijdrage.
Basisscholen gebruiken de vrijwillige ouderbijdrage bijvoorbeeld om vieringen en schoolreisjes van te betalen. Scholen voor voortgezet onderwijs gebruiken de vrijwillige ouderbijdrage meestal voor aanvullend lesmateriaal, schoolkamp, excursies en culturele activiteiten.
De ouderbijdrage voor extra activiteiten is altijd een vrijwillige bijdrage. De school mag een kind niet weigeren, van school sturen of geen diploma uitreiken als een ouder de bijdrage niet betaalt. Het heeft niets te maken met de vraag of je het wel of niet kunt of wilt betalen.
De oudergeleding (of ouder- en leerlinggeleding in het voortgezet onderwijs) van de medezeggenschapsraad praat op verschillende punten mee over de regels voor de schoolkosten en de ouderbijdrage. Zo heeft zij instemmingsrecht op:
Zonder instemming van de oudergeleding van de medezeggenschapsraad (art. 13 lid 1 onder c WMS en art. 14 lid 2 onder c WMS mag de school regels niet zomaar wijzigen.
Zit je in de MR? Maak dan bespreekbaar wat er gebeurt als (veel) ouders de vrijwillige ouderbijdrage niet willen of kunnen betalen. Gaat de ouderbijdrage dan omhoog? Of wordt er een fonds ingericht voor ouders die extra willen bijdragen voor kinderen van ouders die niet willen of kunnen betalen? Of wordt de extra activiteit aangepast of stopgezet?
De school is wettelijk verplicht de ouderbijdrage en het vrijwillige karakter ervan te vermelden in de schoolgids (art. 13 lid 1 onder e WPO, art. 2.92 lid 2 onder f WVO 2020, art. 22 lid 1 onder d WEC).
De medezeggenschapsraad kan controleren of de vrijwilligheid van de ouderbijdrage voor ouders voldoende helder is.
De oudergeleding heeft instemmingsrecht bij het vaststellen van de schoolgids (art. 13 lid 1 onder g WMS en art. 14 lid 1 onder a WMS). Daarmee bewaakt de medezeggenschapsraad dat ouders en leerlingen goed geïnformeerd worden over het vrijwillige karakter en de hoogte en bestemming van de vrijwillige ouderbijdrage.